Latitude 3120/Latitude 3120 2-in-1 Servicehandleiding

Beveiliging

Tabel 1. BeveiligingIn de volgende tabel wordt de informatie over de beveiliging van de computer beschreven:
Optie	Omschrijving
Beheerderswachtwoord	Hiermee kunt u het beheerderswachtwoord instellen, wijzigen of wissen. OPMERKING: Als u het beheerderswachtwoord verwijdert, wordt het systeemwachtwoord, indien ingesteld, ook verwijderd. Het beheerderswachtwoord kan worden gebruikt om het wachtwoord van de harde schijf te verwijderen. Daarom kunt u geen beheerderswachtwoord instellen als er al een systeemwachtwoord of een wachtwoord van de harde schijf is ingesteld. Het beheerderswachtwoord moet worden ingesteld als een beheerderswachtwoord wordt gebruikt met een systeemwachtwoord en/of een harde-schijfwachtwoord.
Systeemwachtwoord	Hiermee kunt u het systeemwachtwoord instellen, wijzigen of wissen.
Wachtwoordconfiguratie	Hiermee kunt u de regels beheren bij het instellen van een wachtwoord. De waarde van de tekens kan niet minder zijn dan 4. Kleine letter Hoofdletter Cijfer Speciaal teken Alle opties zijn standaard uitgeschakeld. Minimum aantal tekens (standaard ingesteld op 4)
Wachtwoord overslaan	Met deze optie kunt u tijdens het opnieuw starten van het systeem het systeemwachtwoord (opstarten) en het wachtwoord van de interne HDD omzeilen. Disabled: vraag altijd om het wachtwoord van het systeem en de interne HDD wanneer deze zijn ingesteld. Deze optie is standaard ingeschakeld. Reboot Bypass (Overslaan bij hervatten): sla de wachtwoordprompts over bij opnieuw opstarten (warm opstarten). OPMERKING: Het systeem vraagt altijd om het wachtwoord van het systeem en de interne HDD als het systeem wordt ingeschakeld als het systeem uit stond (koud opstarten). Bovendien vraagt het systeem altijd om wachtwoorden op modulebay-HDD's die aanwezig kunnen zijn.
Wachtwoord wijzigen	Met deze optie kunt u bepalen of u wijzigingen wilt toestaan op het systeemwachtwoord en harde-schijfwachtwoord wanneer het administratorwachtwoord is ingesteld. De optie Non-admin-wachtwoordwijzigingen toestaan is standaard ingeschakeld.
UEFI capsule firmware-updates	Deze optie bepaalt of het systeem BIOS-updates via UEFI capsule updatepakketten toestaat. De optie Firmware-updates voor UEFI-capsule inschakelen is standaard ingeschakeld. OPMERKING: Als u deze optie uitschakelt, worden BIOS-updates van diensten zoals Microsoft Windows Update en Linux Vendor Firmware Service (LVFS) geblokkeerd.
PTT Security	PTT Aan (standaard ingeschakeld): met deze optie kunt u bepalen of de functie Platform Trust Technology (PTT) zichtbaar is in het besturingssysteem. OPMERKING: Wanneer u deze optie uitschakelt, veranderen uw instellingen voor de PTT niet en worden de informatie of toetsen die u hebt opgeslagen in de PTT niet verwijderd of gewijzigd. Wijzigingen van deze optie worden onmiddellijk actief. Wissen: deze instelling wist de PTT-gebruikersinformatie en zet de PTT terug naar de standaardinstelling. Wijzigingen aan deze instelling worden in het BIOS vergrendeld nadat u 'toepassen' hebt afgevinkt, maar worden pas van kracht in de PTT nadat het menu met BIOS-instellingen is afgesloten. PPI Bypass voor opdrachten wissen: deze optie regelt de PTT Physical Presence Interface (PPI). Wanneer deze optie is ingeschakeld, kan het OS BIOS PPI-gebruikersprompts overslaan wanneer het de opdracht Clear (Wissen) geeft. Wijzigingen van deze optie worden onmiddellijk actief.
Absolute	Hiermee kunt u de BIOS-module-interface inschakelen, uitschakelen of permanent uitschakelen van de optionele Absolute Persistence Module-service van Absolute Software. Ingeschakeld (standaard ingeschakeld): schakelt Absolute Persistence in en laadt de Persistence Module-firmware. Uitgeschakeld: schakelt Absolute Persistence uit. De Persistence Module-firmware is niet geïnstalleerd. Permanent uitgeschakeld: schakelt de Absolute Persistence-module-interface permanent uit. WAARSCHUWING De optie Permanent uitgeschakeld kan maar één keer worden geselecteerd. Als Permanent uitgeschakeld is geselecteerd, kan Absolute Persistence niet opnieuw worden ingeschakeld. Er zijn geen verdere wijzigingen aan de status Ingeschakeld/Uitgeschakeld toegestaan.
Beheerdersinstallatie blokkeren	Hiermee kunt u voorkomen dat gebruikers de Setup openen wanneer er een beheerderswachtwoord is ingesteld. Deze optie is niet standaard ingeschakeld.
Masterwachtwoord blokkeren	Hiermee kunt u ondersteuning voor het masterwachtwoord uitschakelen. Hardeschijf-wachtwoorden moeten worden gewist voordat de instelling kan worden gewijzigd. Deze optie is niet standaard ingeschakeld.
SMM Security Mitigation	Hiermee kunt u extra instellingen voor UEFI SMM-beveiligingsbeperking in- of uitschakelen. Deze optie is niet standaard ingeschakeld.