Dell PowerEdge servers per generatie

Sinds de 10e generatie PowerEdge servers bestaat de naamgeving voor de servermodellen over het algemeen uit een letter(en) gevolgd door drie of vier cijfers (bijv.: PowerEdge R730, PowerEdge R6515 of PowerEdge MX740c).

De beginletter geeft het type (vormfactor) van de server aan:

• C = C-serie; Modulaire en geoptimaliseerde serverknooppunten en -servers voor hyper-scale omgevingen
• F = Flexibel - Hybride racksledes voor rackgebaseerde FX2/FX2s behuizing
• HS = geoptimaliseerde oplossingen op maat voor cloudserviceproviders
• M of MX* = Modulair - Bladeservers en andere items voor de modulaire behuizing MX7000, M1000e en/of VRTX
• R = servers die in racks kunnen worden gemonteerd
• T = Towerservers
• XE = Speciaal gebouwd voor complexe, opkomende workloads die hoge prestaties en grote storage vereisen.
• XR = servers van industrieklasse voor extreme omgevingen.

Naamgevingsconventie met drie cijfers

• Het eerste cijfer na de letter geeft de klasse van het systeem aan. 1-3 staat voor 1 CPU-systeem, 4 - 7 betekent 2 CPU-systemen, 8 kan 2 of 4 CPU's zijn en 9 is 4 CPU's.
• Het tweede getal geeft de generatie aan, met 0 voor de 10e generatie, 1 voor de 11e generatie, enzovoort.
• Het derde cijfer geeft het merk van de CPU aan, 0 voor Intel en 5 voor AMD.

Het model R740 is bijvoorbeeld een Rack 2 CPU-systeem van de 14e generatie servers met Intel processors.

Naamgevingsconventie met vier cijfers

• Het eerste cijfer na de letter geeft de klasse van het systeem aan. Met standaard 1-5 naar iDRAC Basic en 6-9 standaard naar iDRAC Express.
• Het tweede getal geeft de generatie aan, met 0 voor de 10e generatie, 1 voor de 11e generatie, enzovoort.
• Het derde getal geeft vaak het aantal CPU-sockets aan, 1 voor 1 CPU en 2 voor 2 CPU's.
• Het vierde cijfer geeft het merk van de CPU aan, 0 voor Intel en 5 voor AMD.

Het model R6415 is bijvoorbeeld een Rack 1 CPU-socketsysteem van de 14e generatie servers met AMD-processors.

* Modulaire behuizing voor MX7000: compute-sledes, storage-sledes en IO-modules worden aangegeven met een extra letter aan het einde van de modelnaam.

• MX750c, MX740c en MX840c hebben een extra c voor compute
• MX5016s heeft een extra s voor Storage
• MX9116n heeft een extra n voor de IO-module

• PowerEdge MX7000

  De PowerEdge MX7000 werd tijdens de 14e generatie geïntroduceerd. De MX7000 behuizing heeft acht vanaf de voorkant toegankelijke slots voor 2-socket enkelbrede of 4-socket dubbelbrede compute-sledes en enkelbrede storage-sledecombinaties. De ondersteunde servermodule-sledes worden aangemerkt als MXxxxc. De ondersteunde storagemodulesledes zijn aangeduid als MXxxxxs.

  * Voor modulaire MX7000: compute-sledes, storage-sledes en IO-modules worden aangegeven met een extra letter aan het einde van de modelnaam.

  • MX760c, MX750c, MX740c en MX840c hebben een extra c voor computeslede
  • MX5016s heeft een extra s voor de storage-slede
  • MX9116n heeft een extra n voor de IO-module
  • MXG610s heeft een extra s voor io-module
• PowerEdge M1000E

  De PowerEdge M1000e werd geïntroduceerd met de 10e generatie. De M1000e-behuizing bestaat uit maximaal 16 halfhoge servermodules, acht servermodules van volle hoogte, acht sleeves met kwarthoge servermodules, of een combinatie van de drie typen servermodules. De ondersteunde typen servermodules zijn aangemerkt als Mxxx.

• PowerEdge VRTX

  De PowerEdge VRTX werd geïntroduceerd met de 12e generatie. De VRTX-behuizing bevat maximaal vier halfhoge servermodules, twee servermodules van volle hoogte, of een mix van de typen servermodules. De ondersteunde typen servermodules zijn aangemerkt als Mxxx (voor PE VRTX).

• PowerEdge FX2 / FX2s

  De PowerEdge FX2/FX2s werd geïntroduceerd met de 13e generatie. De FX2-behuizing biedt ondersteuning voor maximaal vier halfbrede computesledes, maximaal acht kwartbrede computesledes, maximaal twee computesledes op volle breedte, of een mix van de typen computesledes. De PowerEdge FX2s-behuizing ondersteunt ook halfbrede storagesledes toegewezen aan de computesledes. De ondersteunde computesledes zijn aangewezen als FCxxx en FMxxx. De ondersteunde storagesledes zijn aangewezen als FDxxx.

• Eerste cijfer - Klasse van de server
• Tweede cijfer: Generatie van de server (maximaal 9e generatie)
• Derde cijfer: Servertype (5 voor rackserver, 0 voor towerserver)
• Vierde cijfer: aangegeven of blade of standalone server (5 voor blade, 0 voor standaard langs server)

Het 2950 model is een 2U-systeem van de 9e generatie servers in rack-indeling in een zelfstandige server.