OptiPlex 3060 MT (minitower) demontagehandleiding voor door de klant zelf te vervangen eenheden (CRU's)

Instructies vóórdat u de systeemkap verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

Draai de twee (2) borgvleugelschroeven los waarmee de kap aan de achterzijde van het chassis is bevestigd [1]. Trek de kap naar de achterkant van het chassis en til deze omhoog en uit het systeem [2].

Instructies voorafgaand aan het verwijderen van het montagekader aan de voorkant:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de systeemkap.

Plaats het systeem op de zijkant en wrik de borgklemmen langs de bovenrand van het montagekader omhoog [1]. Draai het montagekader open om de haakjes aan de onderkant los te maken [2, 3].

Instructies vóórdat u de harde-schijfeenheid (HDD) verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de systeemkap en het montagekader aan de voorkant.

Koppel de voedings- en datakabels los aan de achterkant van het 3,5-inch station [1]. Verwijder de vier schroeven (4) waarmee het station aan de kooi is bevestigd [2]. Til het voorpaneel omhoog om toegang te krijgen tot het station [3].

Trek het station uit de achterkant van de kooi.

Wanneer het voorpaneel is geopend, koppelt u de voedings- en datakabels los aan de achterkant van het 2,5-inch station [1]. Druk op de twee (2) blauwe lipjes waarmee het station aan de kooi wordt bevestigd [2]. Trek de harde schijf uit de kooi [3].

Trek één zijde van de beugel weg van de schijf om de borgpinnen te ontkoppelen [1] en til de schijf uit de beugel [2].

Instructies vóórdat u het optische schijfstation (ODD) verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de systeemkap en het montagekader aan de voorkant.

Wanneer het voorpaneel is geopend, ontkoppelt u de voedings- en datakabels van de achterkant van de ODD [1] en drukt u op het blauwe ontgrendelingslipje [2]. Trek het station uit de achterkant van de chassisbehuizing [3].

Instructies vóórdat u de M.2 PCIe SSD-kaart verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de systeemkap en het montagekader aan de voorkant.

Wanneer het voorpaneel geopend is, maakt u de enkele schroef los waarmee de kaart aan het moederbord is bevestigd [1]. Til de kaart omhoog en trek deze uit de connector [2].

Instructies vóórdat u het geheugen verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de systeemkap en het montagekader aan de voorkant.

Wanneer het voorpaneel geopend is, trekt u de plastic lipjes aan weerszijden van de geheugenmodule uit elkaar [1]. Verwijder de module terwijl deze omhoog komt uit de connector op het moederbord [2].

Instructies voorafgaand aan het verwijderen van de knoopcelbatterij:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de systeemkap.

Nadat u het voorpaneel hebt geopend, gebruikt u een plastic pennetje om de ontgrendeling omlaag te drukken totdat de batterij omhoog komt [1]. Wanneer de batterij omhoog komt, verwijdert u de batterij uit het systeem [2].

Instructies vóórdat u de koelplaat en de systeemventilatoren verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de systeemkap en het montagekader aan de voorkant.

Koppel de kabel van de koelplaatventilator los van het moederbord [1] en verwijder de vier (4) schroeven waarmee de ventilator aan de koelplaat is bevestigd [2]. Til de ventilator uit de computer [3].

Koppel de intrusiekabel los van het moederbord [1] en verwijder deze vervolgens uit de doorvoertule van de ventilator [2].

Koppel de kabel van de systeemventilator los van het moederbord [1] en trek dan de vier (4) plastic bevestigingen los waarmee de ventilator aan de koelplaat is bevestigd [2]. Trek de ventilator omhoog en uit het systeem [3].

Instructies vóórdat u de uitbreidingskaart verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de systeemkap en het montagekader aan de voorkant.

Trek het metalen lipje aan de achterzijde van het chassis omhoog en draai het over de achterkant van het chassis [1]. Druk op het ontgrendelingslipje aan de achterzijde van de uitbreidingskaart [2]. Koppel de kaart los en til deze omhoog en uit de connector op het moederbord [3].

Instructies voordat u de voedingseenheid (PSU) verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de systeemkap en het montagekader aan de voorkant.

Koppel de voedingskabels los van het moederbord [1] en leid de voedingskabels uit de bevestigingsklemmen op het chassis [2, 3, 4, 5, 6].

Verwijder de drie (3) schroeven waarmee de achterzijde van de PSU aan het chassis is bevestigd [1]. Druk op het blauwe ontgrendelingslipje [2] en duw de PSU naar de voorkant van het systeem [3] en til de PSU uit het systeem.

Instructies vóórdat u de interne luidsprekers verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de systeemkap en het montagekader aan de voorkant.

Wanneer het voorpaneel is geopend, maakt u de kabel van de luidspreker los van het moederbord [1]. Druk het ontgrendelingslipje omlaag [2] en trek de luidspreker weg van het chassis [3].