OptiPlex 5490 AIO (alles-in-één) handleiding voor het verwijderen van door de klant zelf te vervangen onderdelen (CRU's)

Instructies voordat u de standaard verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

Plaats het systeem op het scherm. Druk en schuif het ontgrendelingslipje aan de achterkant waar de standaard en het systeem samenkomen.

Houd het lipje in de ontgrendelingspositie en til de standaard omhoog. Schuif vervolgens de standaard omlaag om de standaard van het achterpaneel te verwijderen.

Instructies vóórdat u de kabelkap verwijdert (optioneel):

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de standaard.

Verplaats de kabels zijwaarts en uit de kabelslots [1].

Verwijder de schroef (M3x5) waarmee de kabelkap aan het onderpaneel is bevestigd [2]. Til de kabelkap vervolgens uit het onderpaneel.

Instructies vóórdat u het achterpaneel verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de standaard en de kabelkap.

Houd het ontgrendelingslipje in de ruimte die door de standaard is achtergelaten ingedrukt om de vergrendeling op de systeemkaartbescherming te openen [1].

Schuif het paneel naar de bovenkant van het chassis en til deze vervolgens omhoog en uit het chassis [2].

Instructies vóórdat u de geheugenkaarten verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de standaard, de kabelkap (optioneel) en het achterpaneel.

Wrik en verwijder de DIMM-toegang van de systeemkaartbescherming [1].

Trek de metalen klemmen aan weerszijden van de geheugenmodule uit elkaar om de geheugenmodule los te maken en u deze uit het slot kunt verwijderen [2].

Instructies ter voorbereiding op verwijderen van de harde schijf:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de standaard, de kabelkap (optioneel) en het achterpaneel.

Druk op het lipje [1] waarmee de harde schijf is bevestigd en schuif de HDD naar rechts en til deze uit de beugel van de harde schijf [2].

Wrik de lipjes op de beugel van de harde schijf los uit de slots op de harde schijf [3].

Verwijder de harde schijf uit de beugel van de harde schijf [4].

Instructies vóórdat u de bescherming van de systeemkaart verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de standaard, de kabelkap (optioneel) en het achterpaneel.

Verwijder de vijf schroeven (M3x5) waarmee de bescherming van de systeemkaart aan het chassis is bevestigd [1] en til de bescherming weg van het systeem.

Instructies voordat u de systeemventilator verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de standaard, de kabelkap (optioneel), het achterpaneel en de bescherming van de systeemkaart.

Koppel de ventilatorkabel los van het moederbord en verwijder de drie (M3x5) schroeven waarmee de ventilator aan het chassis vastzit [1], zodat u de ventilator uit het systeem kunt tillen [2].

Instructies voorafgaand aan het verwijderen van de knoopcelbatterij:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de standaard, de kabelkap (optioneel), het achterpaneel en de bescherming van de systeemkaart.

Druk met een plastic pennetje of uw vingertop op het lipje van de knoopcelhouder totdat de batterij omhoog komt [1] en til de batterij vervolgens uit de houder [2].

Instructies vóórdat u de M.2 2230 Solid State Drive (SSD) verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de standaard, de kabelkap (optioneel), het achterpaneel en de bescherming van de systeemkaart.

Verwijder de enkele schroef (M2x2,5) waarmee het SSD-station aan het moederbord is bevestigd [1], schuif en verwijder de kaart uit het M.2-kaartslot [2].

Instructies vóórdat u de WLAN-kaart verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de standaard, de kabelkap (optioneel), het achterpaneel en de bescherming van de systeemkaart.

Verwijder de twee schroeven (M2x4) waarmee de WLAN-kaartbescherming aan het moederbord is bevestigd [1] en verwijder de bescherming uit het systeem [2].

Haal de antennekabels uit de geleiders.

Verwijder de enkele schroef waarmee de beugel aan de kaart is bevestigd [3], schuif de beugel van de kaart [4] en koppel de antennekabels los van de kaart [5] en til de kaart uit het systeem [6].

Instructies voorafgaand aan het verwijderen van de camera-eenheid:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de standaard, de kabelkap (optioneel), het achterpaneel en de bescherming van de systeemkaart.

Verwijder de twee schroeven (M3x5) waarmee de kap van de camera-eenheid aan het frame is bevestigd [1]. Til de kap van de camera-eenheid uit het frame.

Koppel de camerakabel los van het moederbord [2] en verwijder de twee schroeven (M3x5) waarmee de pop-up camera-eenheid aan het frame is bevestigd [2].

Schuif het middelste frame van de camera-eenheid naar voren [3] en verwijder de pop-up camera-eenheid uit het frame en maak de kabel los [4].

Instructies vóórdat u de onderplaat verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de standaard, de kabelkap (optioneel), het achterpaneel en de bescherming van de systeemkaart.

Verwijder de vier (M3x5) schroeven [1] waarmee de onderplaat aan het systeem is bevestigd.

Wrik en til de onderplaat [2] weg van het systeem.

Instructies vóórdat u de voedingsventilator verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de standaard, het achterpaneel, de onderplaat en de bescherming van de systeemkaart.

Verwijder de kabel van de voeding uit de geleiders [1]. Koppel de kabel van de PSU-ventilator los van de systeemkaart [2].

Verwijder de twee schroeven (M3x5) waarmee de PSU-ventilator is bevestigd om de PSU-ventilator op te tillen [2].

Instructies vóórdat u de voeding (PSU) verwijdert:

1. Maak voordat u hardware installeert of verwijdert altijd een back-up van al uw data.

2. Ontkoppel alle op de computer aangesloten telefoon-, netwerk- of USB-kabels.

3. Haal de stekkers van de voedingskabels van de computer en alle aangesloten apparaten uit het stopcontact.

4. Verwijder de standaard, het achterpaneel, de onderplaat en de bescherming van de systeemkaart.

Verwijder de schroef (M3x5) waarmee de voedingsaansluiting [1] is bevestigd en schuif de voedingsaansluiting aan de rechterkant van de USB-poorten en de voedingsaansluiting linksboven [1] naar buiten.

Verwijder de kabel van de voeding uit de geleiders die zich bevinden onder de poorten en de PSU-ventilator [1].

Verwijder de schroef (M3x5) waarmee de PSU [2] is bevestigd en til de PSU uit het systeem [3].