De kracht van edge, of: de geschiedenis herhaalt zich

Innovaties dragen vaak een Engelstalige naam. Aanvankelijk wordt dan geprobeerd er een lokale vertaling voor te vinden. Vooral Fransen en Duitsers weten dat lang vol te houden, bijvoorbeeld door het begrip ‘computer’ met respectievelijk ‘ordinateur’ en ‘Rechner’ te vertalen. Maar uiteindelijk wordt doorgaans toch de Amerikaanse uitdrukking gebruikt – ook omdat de vertaling vaak onvoldoende duidelijk is. Je hebt toch het idee iets te missen als je ‘cloud’ in ‘cloud-computing’ vertaalt met ‘wolk’.
Zo is het ook met het begrip ‘edge’. Wikipedia schrijft er dit over: “Edge computing is een gedistribueerd computerparadigma dat berekening en gegevensopslag dichter bij de locatie brengt waar het nodig is, om de responstijden te verbeteren en bandbreedte te besparen”.
De online-encyclopedie geeft geen vertaling, maar een omschrijving, die overigens nog genoeg vragen oproept.
Laten we ons daarom concentreren op de zinsnede ‘dichter bij de locatie brengt waar het nodig is’ in combinatie met het begrip ‘gedistribueerd’.

Verplaatsen van rekenkracht
Beide omschrijvingen zijn ons niet onbekend. Van mainframe, met terminals, naar de pc op het bureau van de werknemer was een vorm van het verplaatsen van rekenkracht naar de locatie waar gewerkt werd. Server based computing zorgde er vervolgens voor dat rekenkracht van de servers virtueel gedistribueerd werd met meerdere gebruikers. Door servers naar datacenters te verhuizen en op een ‘as a server’-basis te werken, maakten we van de public cloud een virtueel mainframe. Om rekenkracht dichter bij de actie te brengen kiezen we voor hybride IT, door public en private cloud te combineren met edge-computing: de rekenkracht daar waar gewerkt wordt. Edge is dus niet nieuw; we gebruikten het al eerder.
Vroeger brachten we mailservers wel naar een aparte server onder het bureau, en dat noemden we een edge. Die activiteiten hoorden daar helemaal niet, onder het bureau, maar konden prima gecentraliseerd worden in een private cloud. Wie zegt dat ‘alles naar de edge’ gaat zit er net zo naast als goeroes die eerder beweerden dat alles naar een public cloud zou gaan. Edge is een belangrijk onderdeel van de hybride IT-omgeving.
Het is dus van belang dat we ons realiseren dat niet alles naar de edge gaat. En dat niet alles daar ook thuishoort.

Vier situaties
De edge is sterk in vier situaties. Ten eerste: bij het nemen van beslissingen die op basis van real time informatie genomen moeten worden. Dat doen we het beste in de edge-locatie. Als de tijd om een beslissing te nemen en data te verwerken zo kort is, dat men zich geen latency kan veroorloven door data over het internet te transporteren, dan is het een taak die we in de edge-locatie uitvoeren.
Dat kan bijvoorbeeld de edge als een onderdeel van een industrieel complex zijn. Informatie van een groot aantal lokale sensoren komt bij elkaar en in de edge worden keuzes gemaakt. Vér van een eventuele centrale unit.
Een tweede situatie hangt samen met de sterke groei van de gegenereerde en te verwerken data. De ‘datapijpleidingen’ tussen de verschillende centrales worden met de groei van de datageneratie te groot en complex. Die hoeveelheden te transporteren en verwerken gegevens worden simpelweg zo enorm, dat als je probeert al deze data over het internet te verplaatsen en dan te verwerken, dat het world wide web niet groot genoeg is.
De derde reden is de IT/OT-omgeving. We bouwen aan een wereld die door IoT-devices met elkaar verbonden is. Wil je dat efficiënt aansturen dan moet je de rekenkracht naar de directe omgeving van betreffende devices brengen, net als toen we pc’s naast mainframes introduceerden. Tegenwoordig is dat nog eens veel belangrijker, omdat je onder de paraplu van een lokale edge kleinere devices kunt laten draaien die vaak een eigen protocol hanteren. De edge kan die communicatie dan vertalen naar algemene internet standaarden.
Ten slotte is de edge heel belangrijk voor security. Ook dat zagen we overigens bij de introductie van server based computing. De clients beschikten daarbij niet of nauwelijks over USB-poorten, zodat gebruikers geen ‘besmette’ memorysticks of niet geautoriseerde apparaten konden gebruiken. Daarnaast bestaan er bij server based computing vaak blokkades voor het lokaal installeren van programma’s. Zo moest de IT-omgeving veilig blijven.
Zo is het bij de edge ook. Door rekenkracht naar de snijpunten van het netwerk te brengen maak je het aanvalsoppervlak voor kwaadwillenden fors kleiner. Door de securityfunctie in de edge te plaatsen kun je vanuit dat punt lokale systemen, zoals sensoren, updaten, monitoren en beveiligen. Als het dan toch fout gaan dan treft dit slechts een klein deel van het hybride IT-netwerk.

Hybride portal
Je zou kunnen zeggen: past een toepassing of oplossing niet in één van bovengenoemde situaties (denk aan het afwikkelen van mail door een mailserver) dan hoort het niet in de edge, maar wellicht in een public of private cloud. Of zelfs on-premise op een mobiel device.
De ‘hybride’ werknemer, die op kantoor, onderweg en thuis actief is gebruikt zijn device als portal naar de wereld. Die wereld bestaat uit een groot digitaal ecosysteem waarin edges, eigen datacenters, public clouds en private clouds samenkomen.
Edge is daarom geen afgezonderde entiteit los van de rest van de multicloud. Het is een deel van de hybride cloud omgeving die we bouwen. Het is een vorm van IT-distributie die kan zorgen voor lagere latency en rekenkracht waar je het nodig hebt.
Dat is ook wat we willen: IT daar brengen waar mensen en processen het nodig hebben. Op korte termijn zullen we de kracht van hybride IT pas echt ontdekken. Door edge-computing, door de revolutie die 5G veroorzaakt en door dat alles slim te combineren met private en public cloud. We’re just starting!

About the Author: Dell Technologies